Zonder schaamhaar meer kans op SOA’s?
Een studie, uitgevoerd bij 7.580 Amerikanen tussen de 18 en 65 jaar, richtte zich op schaamhaarverzorgingsgewoonten, seksueel gedrag en de geschiedenis van SOA’s. De term ‘extreme verzorging’ werd gedefinieerd als het meer dan 11 keer per jaar volledig verwijderen van schaamhaar, terwijl ‘hoogfrequente verzorging’ verwees naar dagelijkse of wekelijkse trimbeurten.
Belangrijkste bevindingen
Uit het onderzoek bleek dat individuen met ‘extreme’ verzorgingsgewoonten een drie tot vier keer grotere kans hebben op het oplopen van een SOA, met name huid-tot-huid overdraagbare aandoeningen zoals herpes en het humaan papillomavirus (HPV).
De deelnemers vertellen
Van de deelnemers verzorgde 74% hun schaamhaar, waaronder 66% van de mannen en 84% van de vrouwen. Meer dan 20% van deze personen classificeerde hun verzorgingsgewoonte als ‘hoogfrequent’. Zeventien procent identificeerde zichzelf als een ‘extreme’ trimmer en 13% gaf aan dat ze minstens één keer een SOA hadden gehad.
De risico’s van schaamhaarverzorging
Het onderzoek toonde een significant verband aan tussen extreme schaamhaarverzorging en een verhoogd risico op SOA’s. Er is echter verder onderzoek nodig om de risicobeperkende strategieën beter te begrijpen. Er leek geen verschil te zijn tussen elektrisch of handmatig scheren.
Het voordeel van schaamhaarverzorging
Een opvallende positieve kant van het verwijderen van schaamhaar is de verminderde kans op schaamluis, aangezien deze parasieten de voorkeur geven aan een behaarde omgeving. Bovendien beschouwen sommige mensen een haarloze look als hygiënischer.
Waarom is er een verhoogd risico?
De huid kan kleine microtranen en snijwonden oplopen tijdens het scheren, harsen en trimmen, wat een broedplaats voor ziekten kan vormen. Bovendien bleken degenen die hun schaamhaar scheren vaak seksueel actiever dan niet-scheerders, wat ook kan bijdragen aan het hogere risico op SOA’s.